Water als Kapitaal

Als het leven op aarde een voortdurende uitwisseling van goederen en betalingen zou zijn, dan was
water de munteenheid waarmee die transacties werden voldaan (Jha, 2015)

Inleiding

Water is het kostbaarste bezit op aarde. Alle leven wordt ontleend aan het bestaan van water. Dat water op Mars zoveel aandacht krijgt, is dus niet toevallig. Water kan daarom wel gezien worden als het kapitaal van de aarde, en daarmee van onze samenleving. Het behoort tot de zogenaamde commons en daarmee hebben we als mens de verantwoordelijkheid om dit kapitaal verantwoord en bescheiden te beheren ten behoeve van het grote geheel.

Als we naar het monetaire systeem kijken, vallen er in de omgang met kapitaal alvast twee dingen op:

• We gooien het niet weg. Als een ander dat wel doet raap je het op en naargelang je karakter, steek je het in je portemonnee, breng je het naar de armen of ren je achter de weggooier aan en wijst hem op zijn vergissing – maar hoe dan ook: niemand laat geld verloren gaan.

• Het vermeedert als het stroomt. Monetair kapitaal gebruik je om te investeren, waarmee je meerwaarde creëert en aldus het kapitaal kan doen toenemen. We streven er dus naar om het groter te maken, of in ieder geval in stand te houden en alleszins het niet tot de laatste cent op te maken of ons zelfs in de schulden te steken.

Hoe zou het watersysteem worden beheerd indien de principes/structuren vanuit het monetair systeem zouden worden geïmplementeerd: wat is de rol van de centrale bank, kan je net zoals in het monetair systeem je kapitaal verhogen door het inbrengen van reserves, kan je bijvoorbeeld waterkwaliteit verbeteren door het water te laten gebruiken (het vermeerdert als het stroomt),…

Toggle all items

Boer van de toekomst

We zien boeren en tuinders vooral als producenten van voedsel en gewassen. Dit vertaalt zich in een economisch model (‘businessmodel”) dat vooral gericht is op productiviteit. Voor een groot deel van onze oplossingen voor de wateruitdaging kijken we naar landbouwgebied (bufferbekkens, beheerovereenkomsten,…), zonder echt een toekomstvisie te hebben en een helder idee van waar we nu eigenlijk met die landbouw op langere termijn naartoe willen.

Maar stel je eens voor dat we boeren maatschappelijk gezien een veel bredere rol toebedelen. Bijvoorbeeld als bodembeheerder, waterbeheerder of beheerder en ondernemer achter de ‘groene apotheek’. Bij deze laatste kunnen verbouwde gezonde gewassen gezien worden als het medicijn voor een gezond leven. We maken hierbij een eerste beweging van ziekenzorg naar gezondheidszorg. Deze benadering verlicht de druk op het voedselgericht model en opent nieuwe mogelijkheden. Als voorbeelden van hoe we dat zouden kunnen inbeelden, kwamen in de transitieruimte alvast de ‘gezondheidsboer’ en de ‘waterboer’ naar voren. De gezondheidsboer en waterboer beheren voor de commons onze rijkdom, het kapitaal van het water en gezonde grond.

In contact met elkaar ontstaat een nieuwe economie

De nieuwe boeren doen de schotten tussen gezondheidsbeleid en landbouwbeleid vervagen en maakt dat de boer weer in een directer verband met zijn klanten komt te staan. Dit hoeft geen negatief effect te hebben op de opbrengsten. Gezien er in deze filosofie zelden een overaanbod zal zijn, zullen prijzen niet (drastisch) dalen en verdient de gezondheidsboer er ook zijn brood mee. En misschien kunnen we bijvoorbeeld externe milieuen gezondsheidskosten of -baten meenemen in de prijsbepaling. Ook de kosten die de overheden nu maken voor het onderhoud en beheer van gebieden die behoren tot de commons kunnen bijdragen aan het nieuwe verdienmodel van de boer. De gezondheidsboer of waterboer opent nieuwe denkkaders.

Een eerste uiting van een nieuw businessmodel is bijvoorbeeld de coöperatie waarin ARDO de krachten van 362 boeren bundelt voor bio-landbouw (“samen staan we sterk”). Vanuit het perspectief van een Regionaal Metabolisme kunnen de ervaringen en resultaten van deze samenwerking in beeld gebracht worden. Vervolgens kunnen we bekijken of een dergelijk initiatief in andere gebieden ook bruikbaar is, en of we inzichtelijk kunnen maken hoe dit bijdraagt aan het Waterkapitaal.

Governance

Om deze nieuwe boeren of ‘beheerboeren’ een gedegen kader te geven voor hun handelen (en niet handelen), is het van belang dat er goede afspraken zijn met betrekking tot de governance. Als leidraad kan bijvoorbeeld gekeken worden naar de basisprincipes die Elinor Ostrom heeft verwoord in haar boek ‘Governing the commons‘. Ze heeft op veel plaatsen over de hele wereld gedocumenteerd hoe gemeenschappen manieren bedenken om de commons te besturen, zodat ze kunnen overleven voor hun behoeften en toekomstige generaties.

De basisprincipes zijn:

• Definieer duidelijke grenzen: wat zijn de middelen en wie zijn de gebruikers.

• Stem de regels voor het gebruik van gemeenschappelijke goederen af op de lokale behoeften en omstandigheden.

• Zorg ervoor dat degenen die onder de regels vallen, kunnen deelnemen aan het wijzigen van de regels. • Zorg ervoor dat de regelgevende rechten van leden van de gemeenschap worden gerespecteerd door externe autoriteiten.

• Ontwikkel een systeem, uitgevoerd door leden van de gemeenschap, voor het volgen van het gedrag van leden.

• Gebruik geleidelijke sancties voor overtreders van de regels.

• Zorg voor toegankelijke, goedkope middelen voor geschillenbeslechting.

• Bouw de verantwoordelijkheid voor het beheer van de gemeenschappelijke hulpbron op in ‘geneste’ lagen van het laagste niveau tot het hele onderling verbonden systeem.

• Ook deze basisprincipes kunnen ‘getest’ worden in het Regionaal metabolisme.

Disclaimer

De VMM, De Vlaamse Waterweg, De Watergroep, Aquafin, Vlakwa en VITO hebben de kans gecreëerd om ruimte te geven aan een groep frisse denkers om een systemische kijk op water te ontwikkelen, en zo de watersector uit te dagen om een toekomstbestendige kijk op het watersysteem te gaan vormgeven. De geformuleerde ideeën zijn niet die van de opdrachtgevers, noch vertolken ze hun standpunten. Ze worden wel als waardevol gezien als inspiratie voor het toekomstig watersysteem.